BIGTRUCK ROADTEST
EEN KLASSIEKER OP DE TESTROUTE
Deze keer hebben we een hele bijzondere truck op onze testroute. Normaal testen we altijd de nieuwste trucks op de markt, maar deze keer haalden we een bijna veertig jaar oude DAF 3300 Space Cab van stal. Met deze truck gaan we op onze testroute terug in de tijd om weer eens te ervaren over hoe het toen was, maar ook om te zien wat er veranderd is op het gebied van brandstofverbruik.
Toen DAF in 1984 met de Space Cab op de markt kwam zorgde dat voor een revolutie. De cabine van de 2800 was al groot in die tijd, maar met zo’n verhoogd dak werd de Space Cab de droom van veel chauffeurs. Zo ook voor Andries van der Pol. Hij reed 43 jaar voor E. van Wijk, toen nog uit Genderen, met DAF trucks van de types 2800 en later de 3300. Een Space Cab zat er voor hem niet in, maar vandaag is dat wel het geval. Hij kwam namelijk naar Asten met een prachtige DAF 3300 Space Cab uit de collectie van zijn werkgever, Van Wijk. De truck is in de originele introductie kleur gespoten en niet, zoals de andere klassieke DAF trucks van Van Wijk in de bedrijfskleuren. “Van Wijk heeft een hele serie klassiekers, van de zevenstreper, via de 1600, de 2000 DO, de 2600 en de 2800. Deze Space Cab is eigenlijk een vreemde eend in de bijt, want wij hebben nooit een Space Cab gehad van dit model. Vandaar dat hij ook niet in de Van Wijk kleuren gespoten is, want dat zou niet origineel zijn,’’ aldus Andries.
De DAF 3300 DKX 350 is op vijf september 1985 op kenteken gezet. Hoeveel kilometers de truck gelopen heeft is onbekend, want er zit een nieuwe tachograaf in. Wel een ouderwetse met een schijf trouwens. De 11,6 liter DKX krachtbron is goed voor 331 pk en dat was in die jaren heel wat. Als versnellingsbak is een ZF range- splitterbak met twee keer vier versnellingen met splitter gemonteerd. Dat is al een gesynchroniseerde bak. Dat scheelt dus ‘dubbel clutchen’ want dat was in die jaren nog heel gewoon. Opvallend is dat de truck al twee-balgs luchtvering op de achteras heeft. Ook dat was lang niet standaard in die tijd, maar het rijdt wel stukken soepeler dan met bladvering. Overigens heeft de truck een naafreductie achteras. Iets wat het verbruik ook niet ten goede komt, maar in die tijd was dat standaard.
ROADTEST
Onze bedoeling met de oude DAF is dat we het verbruik vergelijken met onze resultaten van het nieuwste model van DAF, de XG+ 480. Die reden we een tijd terug op onze complete testroute, van Asten via Eindhoven naar Maastricht, en dan de Ardennen in. Voor de oude dame hebben we het rondje wat ingekort, want die Ardennen wilden we hem niet aandoen met 40 ton totaal gewicht. Bovendien is het verbruik tussen Asten en Maastricht representatief voor de meeste ritten. Voor een goed vergelijk koppelen we onze Pacton test oplegger aan. Exact dezelfde trailer en met dezelfde lading als tijdens de rit met de XG+ 480 dus.
VISAR
Als je de cabine van de Space Cab vergelijkt met die van de hedendaagse XG+ dan ben je snel klaar. Zo is de opstap via twee treden niet persé ergonomisch te noemen. Vervolgens zit je dan achter een niet verstelbaar stuur op een geveerde stoel die zodanig hoog zit dat je eigenlijk constant tegen de zonneklep aan kijkt. De zitpositie is verder prima, maar niet te vergelijken met die van de hedendaagse trucks. Het interieur is eenvoudig, met een dashboard dat DAF jarenlang heeft gevoerd. Hele generaties chauffeurs kenden tot de komst van de DAF 95 alleen maar dit bruine dashboard met lichtbruine accenten. Op dat dashboard zien we naast de grote ouderwetse tachograaf een toerenteller mét verbruiksmeter, een rij standaard controlelampjes uit de Hella catalogus en een combi instrument voor brandstof, luchtdruk, oliedruk en de temperatuur. Boven de toerenteller zitten lampjes die aangeven of je moet op- of terugschakelen. Die zogenaamde ‘Verbruiks Indicator Schakel Adviseur’ met schakeltips en de verbruiksmeter noemde DAF Visar in die tijd en dat was heel vooruitstrevend. Overigens bleef het daar niet bij. DAF had in die jaren ook al aandacht voor stroomlijn, getuige de zijfenders en de onderspoiler onder de voorbumper.
HETE ITALIAANSE NACHTEN
Nadat we de DAF hebben aangekoppeld rijdt Andries achter mij aan voor de video. Een gezellig ouderwets rookpluimpje verraad dat de oude DAF hard moet werken. We hebben telefonisch contact en hij is verbaasd hoe hard de DAF moet werken. Als ik hem vertel dat er 25 ton betonblokken in liggen is hij verbaasd. “Dan trekt hij best! Ik had niet gedacht dat die trailer zo zwaar was.” Na de video opnames wordt de truck afgetankt in Asten, waarna we gaan rijden. Andries zit te glimmen van genot en hij vertelt honderduit over zijn avonturen voor Van Wijk, vooral in Italië. “Eigenlijk heb ik altijd DAF gereden bij Van Wijk, afgezien van een korte periode met een MAN. Van Wijk was een trouwe DAF klant, maar heel af en toe kwam er een ander merk, om de prijzen scherp te houden denk ik.” Een Space Cab van dit type heeft Andries nooit gereden, maar wel een standaard 3300. “Ik reed altijd met een combi met een 4x2 bakwagen en een drieassige aanhangwagen. Klassieke combi’s dus, met molenstel. Deze cabines, maar dan met een laag dak, ken ik dan ook als geen ander. Die bedjes waren smal, maar prima en je wist niet beter. Airco en een koelkast hadden we niet. Ik had altijd zo’n Electrolux koelkist op de motortunnel staan. Zomers was dat wel een uitkomst, maar het nadeel was dat die dingen veel warmte gaven. Dat heeft voor heel wat hete Italiaanse nachten gezorgd.”
TIEN DB MEER GELUID
Intussen rijden we al genietend met de DAF. De zescilinder snort heerlijk en lijkt het naar de zin te hebben met de zwaar beladen trailer. Intussen vertelt Andries over zijn werk: “Ik ben vier jaar geleden officieel met pensioen gegaan, maar sindsdien werk ik regelmatig nog voor Van Wijk. Geen buitenlandse ritten meer, want dat vind ik niks zonder vaste auto. Dat gesleep met beddengoed, daar begin ik niet meer aan.” Net voorbij Maastricht drinken we koffie, waarna ik het stuur overneem van Andries. Ik blijk het schakelen nog niet verleerd te hebben en al snel verdwijnen alle bezwaren over de ontbrekende comfort verhogende accessoires. Nee, de auto heeft geen cruise control, het linker raampje moet je zelf naar beneden zwengelen en het stuur is niet verstelbaar. Maar wat rijdt dat oude ding lekker! De DKX motor zingt en dat hoor je binnen met rond de 73 decibel. Dat is ruim tien decibel hoger dan in de nieuwe XG+ 480 en dat is een enorm verschil, maar het is wel een heel aangenaam geluid. “Toch kunnen we elkaar gewoon verstaan,” zegt Andries boven het motorgeluid uit. Toch, als ik hem vraag of hij nog iedere dag met deze DAF zijn werk zou willen doen dan is het antwoord ontkennend. “Dit was toen helemaal geweldig, maar inmiddels zijn we meer comfort gewend.”
VERBRUIK
Op het traject van Asten naar Maastricht, via Eindhoven, realiseren we een verbruik van 33,18 liter op 100 km (1 op 3,01). Ter vergelijking, met de DAF XG+ 480 was dat 21,70 liter op 100 kilometer (1 op 4,61). Dat is dus zo’n 35% zuiniger! Bij 120.000 kilometer per jaar levert dat een brandstofbesparing op van maar liefst 13.836 liter diesel! Over de uitstoot zullen we het maar niet hebben, want de Euro 1 norm kwam pas in 1992. De test laat dan ook heel goed zien wat voor enorme stappen er gezet zijn in de techniek sinds 1985.
Met dank aan DAF Nederland voor de organisatie en aan E. van Wijk Transport voor het uitlenen van die prachtige DAF 3300 Space Cab met bijbehorende chauffeur.
Iep van der Meer