BIGTRUCK VINTAGE
MET EEN 'KIKKERDAF' NAAR TEHERAN
In de jaren zeventig reden veel Nederlandse pioniers naar ‘het Midden-Oosten’. Dat begon echter al in de jaren zestig, en dat was echt een enorm avontuur. Van Rumpt Transport uit Stad aan ‘t Haringvliet stuurde in 1964 al twee chauffeurs met een tandemas ‘Kikkerdaf’ naar Teheran. Dat leverde unieke foto’s op van deze barre rit.
Van Rumpt Transport uit Stad aan ‘t Haringvliet werd in 1924 opgericht door Arie en Jannetje van Rumpt met een T-Ford truckje. Het waren roerige tijden en al snel werden de paarden ingeruild voor meer trucks bij Van Rumpt. Tijdens de oorlog werden de trucks gevorderd door de Duitsers maar in 1949 herrijst het bedrijf. En groeit gestaag verder. Een aantal jaren later reed het bedrijf inmiddels met DAF trucks. Arie van Rumpt kreeg een wel heel bijzondere aanvraag van een klant. Er moest een waterzuivering vervoerd worden naar Teheran in Iran. Hoewel dat een deel van de wereld was waar eigenlijk niemand heen reed, nam hij de rit aan. Hij besloot om twee chauffeurs met de DAF tandemasser naar Iran te sturen: de 32-jarige chauffeur Dingeman Geelhoed en als tweede chauffeur en bijrijder Bert van Antwerpen (22).
De DAF werd uitvoerig nagekeken en voorbereid op de lange rit en de chauffeurs haalden bij de dokter de nodige injecties tegen enge ziektes. Je weet immers maar nooit. Voorzien van de nodige reserveonderdelen, 80 blikken met complete maaltijden, 40 blikken melk en allerlei levensmiddelen als kaas, jam en suiker. Ook de nodige medicijnen en verbandmiddelen werden ingeslagen, net als genoeg rookwaar en jerrycans met extra brandstof. En zo vertrokken de heren aan de 13.000 kilometer lange rit op 23 maart 1964.
KIKKERDAF
De DAF tandemasser met zijn 120 pk Leyland dieselmotor had geen slaapcabine. Slapen deden de mannen op een plank over de motortunnel en aan een plank die aan de achterwand gemonteerd was met een scharnier. De route gaat via Venlo en Frankfurt, om via Stuttgart en München via Kiefersfelden Oostenrijk in te rijden. Vervolgens gaat het via de Brenner naar Italië door Triëst, richting wat toen nog Joegoslavië heette. Van daar ging het via Ljubljana, Beograd en Skopje naar Griekenland.
GRIEKSE LETTERS OP DE BORDEN
Stel je voor hoe dat ging in die primitieve DAF. Geen telefoon, navigatie, tachograaf of luchtvering, maar rijden op landkaarten en hier en daar de weg vragen. In Griekenland begint het al lastig te worden, want van het Griekse schrift op de schaarse wegwijzers kunnen de mannen maar weinig chocolade maken. De rit gaat verder, via Thessaloniki, door Macedonië naar de Turkse grens bij Ipsala.
TIR CARNET
Daar, aan de Turkse grens, begint meteen een grote uitdaging. Het TIR carnet blijkt daar iets wat ze nog nooit gezien hebben en dat leidt tot veel discussie met handgebaren. Uiteindelijk wordt er een douaneman meegestuurd naar Istanbul waar de papieren geregeld kunnen worden. Dat betekende dus dat Bert op de motortunnel moest zitten, omdat de douanier op de rechterstoel zat tot Istanbul. Die stad werd de volgende ochtend bereikt.
CONSUL GENERAAL
Maar daarmee waren de problemen nog niet opgelost. De Turkse douane had nog nooit een huif laadbak gezien en had zo zijn twijfels bij de verzegeling van de ‘Hamburger Verdeck’ opbouw van de DAF. De truck werd geparkeerd achter een groot hek met een slot en de beide chauffeurs moesten hun heil elders zoeken. Onder zwaar protest verlieten de chauffeurs de DAF, waarna ze werden opgevangen door de Consul Generaal van Nederland in Istanbul. Hij zorgde voor onderdak en een bezichtiging van de stad en belangrijker, voor de papieren waarmee ze verder konden. De Turkse Automobielclub voorzag de heren van het advies om via Sivas te rijden, en dan richting Zara. Helaas bleek dat advies niet het juiste, want al snel waren de wegen nog maar een meter breed. Terug naar Ziva dan maar, en dan richting het zuidoosten maar dat ging ook niet. Na een paar uur rijden liepen de mannen vast in een bergkloof die onneembaar bleek. Weer terug naar Ziva dus, en dan maar via de kust van de Zwarte Zee. Dat liep beter, via Samsun en Ordu naar Trabzon.
SNEEUW EN ZANDSTORMEN
Halverwege Ordu en Trabzon werd de route wel heel uitdagend. Kleine, smalle en bochtige weggetjes met om de kilometer krakende houten bruggetjes van amper drie meter breed zorgden voor de nodige zweetdruppels. Na een hele dag zwoegen op die weggetjes was er een nieuwe uitdaging, namelijk de 2.000 meter hoge Ziganpas. Die bergpas kost de chauffeurs zeven en een half uur, waarna ze vanaf Erzurum tot aan de Turks-Iraanse grens bij Bazarjan door de sneeuw moeten ploegen. Daar stapt weer een douanier in bij de mannen tot Teheran. De route loopt via Khoy-Maand en Fabriz en onderweg maakt de sneeuw plaats voor urenlange verblindende zandstormen. Dat betekent maximaal 30 km per uur over een zandpiste die langzaamaan verandert in asfalt naarmate ze de stad naderen.
LOSSEN IN TEHERAN
Op 7 april komt het goede nieuws in de vorm van een douanestempel. Met een oude kraan werd hier de waterzuivering gelost, nadat de huif was open gemaakt. Na het lossen werd de lokale DAF dealer bezocht. Jazeker, DAF had in 1964 al een dealer in Iran, namelijk Iran Truck.
De komst van de Nederlandse DAF was een primeur voor het bedrijf, want tot dat moment hadden ze alleen DAF torpedo-trucks binnen gehad. Hier kreeg de truck een servicebeurt, voordat de terugreis werd ingezet.
MODDERREGEN
De terugreis ging het eerste deel door Iran, gepaard met complete modderregens, zoals de chauffeurs het noemden. Daarna werd de Pülümürpas bedwongen in een dik pak sneeuw, waarbij de schep er regelmatig aan te pas kwam. Vanaf acht uur ‘s avonds begon het ploeteren tot twee uur in de nacht om 500 meter verder te komen. Daar werd het besluit genomen om eerst maar te gaan slapen. Dingeman op het opklapbed aan de achterwand, Bert op de plank op de motortunnel. De volgende ochtend werd eerst alle olie en de filters ontdooid met het gasbrandertje, waarna een bulldozer de DAF uit de sneeuw trok. Uiteindelijk arriveren de beide avonturiers veertien dagen later in Stad aan ’t Haringvliet op vrijdagmiddag om half vijf. Vol mooie verhalen: “De Perzen (vroeger heette Iran Perzië) zijn arm, leven in holen en stoken kamelenmest om warm te blijven”, aldus Dingeman Geelhoed. De beide chauffeurs zijn vol lof over de DAF. Een truck die de mannen niet in de steek liet, ook niet onder de meest uitdagende omstandigheden.
Iep van der Meer
Foto's via André Zuidijk